Bij mijn jarenlange werkzaamheden bij Fontys kwam in mei een tweede baan bij: wethouder in Veldhoven. De combinatie is leuk en leerzaam, maar vooral van toegevoegde waarde voor beide ‘partijen’.
Na 100 dagen kan de eerste balans worden opgemaakt. De combinatie is leuk, boeiend en soms ook druk. Als wethouder ben je veel aan het vergaderen en overleggen. Dit gebeurt intern met collega’s en extern met organisaties en bedrijven. Je moet veel stukken lezen, beoordelen en je mening vormen. En het gaat over geld, veel geld dat u en ik beschikbaar hebben gesteld Daar moet je voorzichtig mee omspringen, want het is niet uit te leggen dat dit wordt ingezet voor risicovolle projecten of bijvoorbeeld beleggingen. Nee, het moet ten goede komen aan ons allemaal. Betere voorzieningen, goed onderhouden wegen en openbare ruimte, aandacht voor het milieu en sociale zekerheden.
Als docent bij Fontys gaat het om kennisoverdracht. Studenten enthousiasmeren en het door ontwikkelen van het lesmateriaal. Het gaat om gastsprekers, maar ook de kwaliteit van het onderwijs. Onderzoek is belangrijk en afstudeerders moeten klaar zijn en voldoende bagage hebben om de arbeidsmarkt op te gaan. Je moet op de hoogte blijven van ontwikkelingen in je vakgebied en de opleiding waarin je lesgeeft. In mijn geval de financiële dienstverlening. En dat alles doe je in teamverband. Samenwerken is essentieel.
De combinatie van beide functies is bijzonder. Als wethouder gaat het wat meer om visies, besluiten en risico’s inschatten. Sturing geven aan een organisatie is anders dan sturing geven aan een groep studenten. Maar toch zijn er veel parallellen.
In beide functies moet je regelmatig spreken voor grote groepen. Je moet je woordje klaar hebben en kritische vragen kunnen beantwoorden. Dossierkennis is dus uitermate belangrijk. Dat geldt zowel voor de te verdedigen stukken als wethouder als van het vakgebied waarin je lesgeeft. Een gedegen voorbereiding vereist aandacht. Inschattingsvermogen speelt een belangrijke rol. Waar zal de kritiek zich op richten? Een olifantshuid is nodig om alle bezwaren en soms ook negatieve berichten te kunnen weerstaan. En je moet ook zelf feedback (kunnen) geven. Maar ook doorzettingsvermogen en daadkracht zijn aspecten die beide functies vereisen.
Kortom, er is wel degelijk veel overlap. Veel sociale vaardigheden, maar ook communicatieve vaardigheden en inhoudelijke kennis is bij beide nodig. Dat maakt de combinatie iets makkelijker. En ik hoop daar voorlopig nog mee door te kunnen gaan. Tot op heden is er maar één nadeel. Hoe krijg je elke week de agenda’s goed op elkaar afgestemd?
Jeroen Rooijakkers